070 - 31 31 000 info@vastrecht.com

Tips voor de ondernemer

Minder aftrek gemengde kosten

De regels voor de aftrek van gemengde kosten zijn gewijzigd. Gemengde kosten zijn pas aftrekbaar voor de inkomstenbelasting als een drempelbedrag wordt overschreden. Dit drempelbedrag is sinds 1 januari 2023 verhoogd van € 4.800 naar € 5.100. Maar er is een alternatief. U mag er namelijk ook voor kiezen om 80% van de gemengde kosten in aftrek te brengen. Dit percentage is niet gewijzigd.

Gemengde kosten

Bepaalde kosten hebben uitsluitend een zakelijk karakter of uitsluitend een privékarakter. Er zijn ook kosten die u wel voor uw onderneming maakt, maar waarin ook een privé-element zit. Dit zijn de gemengde kosten. Hieronder vallen:

  • de kosten voor voedsel, drank en genotmiddelen;
  • representatiekosten;
  • kosten van congressen, seminars, symposia, excursies en studiereizen.

Wettelijke rente verhoogd

Wettelijke rente is een vergoeding die de schuldenaar aan een schuldeiser moet betalen, omdat hij of zij een geldsom niet of te laat heeft voldaan. Het kan dan gaan om het terugbetalen van een lening, het voldoen van een factuur, maar ook om het vergoeden van schade. De wettelijke rente is op zichzelf ook een vorm van schadevergoeding, namelijk vertragingsschade. De minister van Justitie stelt de wettelijke rente twee keer per jaar vast. Daarbij wordt zowel een tarief vastgesteld voor handelstransacties als voor niet-handelstransacties. Niet-handelstransacties zijn overeenkomsten met particulieren en/of consumenten. Bij handelstransacties gaat het om overeenkomsten die gesloten zijn tussen bedrijven of met overheidsorganisaties. De wettelijke rente is al enkele jaren niet gewijzigd, maar daaraan is op 1 januari 2023 een einde gekomen.

Handels- en niet-handelstransacties

De wettelijke rente voor niet-handelstransacties is op 1 januari 2023 verhoogd van 2% naar 4%. De wettelijke rente voor handelstransacties is verhoogd van 8% naar 10,5%. Het is dus van belang dat u weet of er wel of niet sprake is van een handelstransactie, zodat u er zeker van bent dat u de juiste rente in rekening brengt. De hoogte van de wettelijke rente staat vast. Daar kunt u dus altijd op terugvallen voor het geval u contractueel niets hebt afgesproken over een rentevergoeding bij niet of te laat betalen. Hebt u hierover wel afspraken gemaakt, dan is de contractuele rente bepalend voor de rentevergoeding.

Dien tijdig suppletieaangifte in

Een suppletieaangifte moet u indienen, zodra duidelijk is dat er te weinig of te veel btw is betaald. Hebt u te weinig btw betaald? Dan bent u belastingrente verschuldigd vanaf de eerste dag na afloop van het kalender- of boekjaar waarop die btw betrekking heeft. Dit kunt u voorkomen door de suppletieaangifte in te dienen binnen drie maanden na afloop van het kalenderjaar. Er wordt dan namelijk geen belastingrente berekend, mits de suppletie een vrijwillige verbetering is. Bedragen tot € 1.000 mag u verrekenen in de eerstvolgende btw-aangifte. Daarvoor hoeft u dus geen suppletieaangifte te doen. Let wel, een suppletieaangifte kunt u alleen digitaal indienen.

Tip

De belastingrente bedraagt 4%. Hebt u te weinig btw betaald over 2022? Zorg er dan voor dat u de suppletieaangifte uiterlijk 31 maart 2023 hebt ingediend, anders gaat u vanaf 1 april 2023 belastingrente betalen. Wilt u dat de suppletie geldt als een vrijwillige verbetering, dan is het sowieso zaak om zo snel mogelijk een suppletieaangifte in te dienen, nadat bekend is dat er te weinig btw is betaald.

Experiment: pensioenfondsen gaan open voor zzp’ers

Het is algemeen bekend dat zelfstandigen uit zichzelf vaak te weinig reserveren voor hun oude dag. Daarom is er in het kader van de Wet toekomst pensioenen een regeling getroffen, waarbij u als zelfstandige 5 jaar lang bij pensioenfondsen uit uw sector kunt sparen voor uw pensioen. Net als bij gewone werknemers zijn de aanspraken vrij en worden de uitkeringen te zijner tijd belast. In zo’n collectieve regeling kan naast ouderdomspensioen ook partnerpensioen en arbeidsongeschiktheidspensioen worden aangeboden. Daarvoor mogen geen medische waarborgen van u worden gevraagd.

En als het experiment stopt, wat dan?

Stel nu dat het experiment stopt en er uiteindelijk geen wettelijke vervolgregeling komt. In dat geval mag u het pensioenpotje overdragen naar een bancaire lijfrenterekening. Ook mag u de pensioenopbouw dan nog een aantal jaren vrijwillig voortzetten bij het fonds.

Let op
Eind vorig jaar heeft de Tweede Kamer ingestemd met de Wet toekomst pensioenen. De Eerste Kamer moet nog stemmen over deze wet. 

Tips voor de DGA

Juiste Vpb-aanslagen nog belangrijker door hogere belastingrente

Op 1 maart 2023 wordt de belastingrente voor de vennootschapsbelasting (en bronbelasting) verhoogd van 8% naar 10,5%. Dit is een direct gevolg van de verhoging van de wettelijke rente voor handelstransacties op 1 januari 2023. Moet uw bv over 2022 vennootschapsbelasting betalen? Dan is het dus nog belangrijker geworden om vóór 1 mei 2023 een verzoek in te dienen om uitreiking van een voorlopige aanslag of een herziening van een al opgelegde aanslag. Zo voorkomt u dat uw bv achteraf veel belastingrente moet betalen. Is het verzoek namelijk ingediend binnen vier maanden na afloop van het belastingjaar en komt de (aanvullende) voorlopige aanslag overeen met het bedrag waar u om hebt verzocht? Dan hoeft uw bv geen belastingrente te betalen. Doet u geen verzoek voor de aanslag vennootschapsbelasting 2022, dan wordt er in beginsel vanaf 1 juli 2023 belastingrente berekend over de te betalen aanslag. Ook voor eerdere jaren kan het van belang zijn om te verzoeken om een (aanvullende) voorlopige aanslag.

UBO-register niet meer vrij toegankelijk

In het najaar van 2022 besliste het Hof van Justitie van de Europese Unie dat de voorgeschreven publieke toegankelijkheid tot gegevens in het UBO-register ongeldig is. De vrije toegankelijkheid is volgens dit hof in strijd met het recht op eerbiediging van het privéleven en het recht op bescherming van persoonsgegevens. De Kamer van Koophandel schortte daarom de toegankelijkheid van het UBO-register voor iedereen tijdelijk op. Minister Kaag heeft eind januari aangegeven dat de Nederlandse wetgeving zal moeten worden aangepast aan de uitspraak van het EU-Hof. De wetswijziging zal de toegang tot het UBO-register beperken tot de volgende drie groepen personen en instanties:

  • de bevoegde autoriteiten en de FIU (Financial Intelligence Unit);
  • de meldingsplichtige instellingen (Wwft-instellingen);
  • de personen en organisaties die een legitiem belang kunnen aantonen. 

Bevoegde autoriteiten zijn onder meer de toezichthouders op Wet ter voorkoming van witwassen en financiering van terrorisme (Wwft), het Bureau Economische Handhaving (BEH), de FIOD en het Openbaar Ministerie. De toegang voor deze autoriteiten wordt zo snel mogelijk hersteld. 

De Wwft-instellingen hebben een belangrijke rol als poortwachter van het financiële stelsel en zijn daarom onder meer verplicht om cliëntenonderzoek te doen. Hierbij is het UBO-register een belangrijk hulpmiddel. De toegang tot het UBO-register wordt daarom ook voor deze groep hersteld, zo snel als praktisch en uitvoeringstechnisch mogelijk is. Totdat de toegang tot het UBO-register is hersteld, geldt het volgende ten aanzien van de verplichting van Wwft-instellingen tot het raadplegen van het UBO-register bij het aangaan van nieuwe zakelijke relaties. Zij voldoen aan de Wwft-verplichtingen met een bewijs van een nog niet verwerkte UBO-registratie, bijvoorbeeld een bevestigingsmail van de Kamer van Koophandel. 

Voor de personen en organisaties die een legitiem belang hebben om het UBO-register in te zien, wordt eerst nader onderzoek gedaan. Het onderzoek richt zich met name op de vraag of aan de hand van een lijst met objectieve indicatoren beoordeeld kan worden of er sprake is van een legitiem belang. In sommige gevallen zal mogelijk ook een individuele beoordeling nodig zijn. De uitkomsten en de gekozen werkwijze worden later bekendgemaakt. Deze groep kan het UBO-register dus voorlopig niet inzien.

Registratieplicht 

De uitspraak van het EU-hof heeft geen gevolgen voor de registratieplicht van uiteindelijk belanghebbenden (UBO’s) van een vennootschap of andere entiteit. Die plicht geldt onverkort. 

Let op
Sinds november 2022 is er ook een UBO-register waarin de gegevens van onder meer uiteindelijk belanghebbenden van trusts en fondsen voor gemene rekening moeten worden geregistreerd. Onlangs is de datum waarop die registratie uiterlijk moest zijn gedaan, verlengd van 1 februari tot 1 april 2023

Aftrek gemengde kosten verder beperkt

Ook in de vennootschapsbelasting is de aftrekbaarheid van gemengde kosten beperkt als de rechtspersoon één of meer werknemers in dienst heeft. De aftrekbeperking geldt dan voor dezelfde kosten als bij de inkomstenbelasting, tenzij de kosten voor de werknemer(s) loon vormen. In dat geval zijn de kosten integraal aftrekbaar. Zijn de kosten geen loon, dan zijn ze pas aftrekbaar als een drempelbedrag wordt overschreden. Dit drempelbedrag is sinds 1 januari 2023 verhoogd van € 4.800 naar € 5.100. Maar als 0,4% van het loon van de werknemers hoger is dan dit bedrag, dan geldt het hogere bedrag als niet-aftrekbaar drempelbedrag. Het alternatief is hier dat uw bv 73,5% van de gemengde kosten in aftrek mag brengen. Dit percentage is niet gewijzigd. Het percentage van 80% in de inkomstenbelasting geldt dus niet voor de vennootschapsbelasting. Dit is een bewuste keuze van de wetgever.

 

 

In deze uitgave is de stand van zaken in wet- en regelgeving verwerkt tot en met 7 februari 2023. Hoewel ten aanzien van de inhoud de uiterste zorg is nagestreefd, kan niet volledig worden ingestaan voor eventuele (druk)fouten en onvolledigheden. De redactie, de uitgever en de verspreider sluiten bij deze de aansprakelijkheid hiervoor uit. Voor een toelichting kunt u altijd contact met ons opnemen.